Nou, mijn column van vorige week heeft geholpen want de beoogde babykamer is inmiddels strak in de lak (en muurverf) gezet door ondergetekende. Met verf van mijn kruin tot onder mijn oksels toonde ik vrouwlief trots doch zenuwachtig het resultaat. De vrede bleef bewaard: het resultaat werd goedgekeurd. Uiteraard heb ik traditiegetrouw de plintjes weggelaten, die komen ergens komend half jaar wel een keertje. Het gordijn hangt, de lampjes hangen, de meubels (die mijn wederhelft hoogstpersoonlijk van een nieuwe likje lak heeft voorzien) en het wiegje staan al klaar. ‘As we speak’ wordt beneden de box zelfs al in elkaar gesleuteld. Kortom: we liggen weer op koers.
Minder op koers ligt onze premier. Zijn soms wat beperkte geheugencapaciteit lijkt besmettelijk nu recentelijk ook zijn telefoon hetzelfde euvel vertoont. Zo baas, zo telefoon zullen we maar denken. Als het zich maar niet verder verspreidt, dan hebben we straks een compleet Binnenhof dat in lockdown moet. Grapjes maken over de kwestie is natuurlijk altijd leuk en lekker makkelijk, maar met verbazing las ik dat Mark in het Kamerdebat over de kwestie doodleuk aangaf dat hij ‘een gebrek aan vertrouwen voelde’. Huh? Beseft hij dan echt niet dat hij dat over zichzelf afroept? Had dat gevoel er niet al ietsje pietsje langer moeten zijn misschien? Het is schrijnend hoe hiermee duidelijk wordt hoe ver Mark van de samenleving is gaan staan. En een groot gedeelte van de overheid met hem.
Ondertussen zijn in ons eigen Harderwijk de werkzaamheden aan de Havendam en de Havenkade afgerond, net op tijd voor het hoogseizoen losbarst. Hoewel het soms lekker is om ergens over te zeiken of commentaar te leveren moeten we hier toch vrij simpel concluderen dat het gewoon erg fraai is geworden, samen met de boulevard en de Wijde Wellen. Als ik kritiek moet uiten zou het zijn dat ik een iets te hoog vakantiegevoel krijg als ik over de Boulevard slenter. Maar dat is eigenlijk juist een compliment. Dus ik zou zeggen: nu de woonwijken buiten het centrum hier en daar wat aanpakken en opknappen en dan wordt het echt wel wat met ons stadje.
Terwijl Maud beneden haar eigen baby toezingt in de box, zaag ik boven toch maar alvast de plinten op maat. Het is soms nog raar om te bedenken dat het hier straks een zusje van Maud ligt te slapen en ik wederom volledig tot over mijn oren stapelverliefd ga worden. Ik zal nooit vergeten hoe dat voelde bij Maud en heb er nu wederom enorm zin in. Soms lees ik terug in mijn telefoon hoe dat toen ging, de dag dat mijn vrouw appte dat Maud er aan kwam. Wat dat betreft is er met mijn geheugen én dat van mijn telefoon gelukkig weinig mis.